Hannah over een eetbuistoornis

"Ik wist als ik dit eetprobleem niet zou aanpakken, ik nooit gelukkig zou worden"

Hannah (36) heeft tien jaar lang een eetbuistoornis gehad. Eten gaf haar een prettig gevoel, een moment van rust. Totdat ze niet meer kon stoppen.

Dit verhaal is waargebeurd. Om privacyredenen zijn de namen en foto’s niet van de werkelijke persoon.

Trigger alert

Ben jij gevoelig voor of heb je een eetstoornis? Dan kan onderstaande content triggerend werken.

“Het gerommel met eten is begonnen toen ik een jaar of vijftien was. Maar al ver daarvoor is de basis van mijn eetprobleem gelegd. Ik heb best een lastige jeugd gehad. Ik was namelijk al van jongs af aan een gevoelig kind. Toen ik naar de kleuterklas ging was ik overweldigd door alle prikkels. Daarna ben ik vanaf groep vijf gepest. Ik werd uitgescholden voor dikzak en viel altijd buiten de groep. Ik was een kop groter dan andere meisjes en wat breder, maar dik was ik niet. Toch had ik heel erg de overtuiging dat ik dat wel was.

Al op vrij jonge leeftijd had ik een heel donker gevoel. Thuis had ik lieve ouders en twee broers. Ik kwam geen aandacht tekort. Maar in mijn herinnering was ik vrij somber en liep ik vaak met een masker op. Mijn ouders merkten wel dat er wat aan de hand was. We hadden gesprekken op school, maar niemand kon er echt een vinger op leggen. Toen ik naar de middelbare school ging hield het pesten op, maar ik hoorde er nog steeds niet bij. Ik was toen al heel erg onzeker over mezelf.

Mijn eetstoornis is niet van de ene op de andere dag begonnen. In mijn herinnering heb ik een keer niet één koekje gegeten, maar twee of drie. Ik merkte dat het een prettig gevoel gaf en een moment van rust. Toen ben ik dat vaker gaan doen. Van koekjes jatten uit de koektrommel, naar vier repen chocolade en twee pakken koekjes. En dat binnen 40 minuten naar binnen werken. Ik zag mijn eigen hand gaan, maar ik kon niet stoppen. Ik verloor de controle en voelde me machteloos. En ik schaamde me rot. Ik werd steeds dikker, maar overgeven durfde ik niet. Toen dat niet lukte zei dat stemmetje in mijn hoofd: ‘stom dat je dit niet kan. Dan is het nu ook je straf dat je je zo naar en misselijk voelt.’”

“Het viel niet op, want ik at gewoon mijn bord leeg ‘s avonds.”

Onbereikbaar

“Op school zat ik er als een zombie bij. Ik kon me niet goed concentreren en studeerde weinig. Thuis zat ik steeds vaker op mijn kamer en ik wilde nergens meer mee naartoe. Mijn ouders hadden wel door dat het niet goed met mij ging. Ook zagen ze dat ik steeds dikker werd. Maar ze konden mij eigenlijk niet meer bereiken. Mijn moeder heeft wel eens een la opengetrokken en daar lege snoeppapiertjes gevonden. Als ze me daarop aansprak, ging het echt het ene oor in en het andere uit. Ik voelde me bedreigd en heel naakt. Alsof al mijn kleren van mijn lijf werden getrokken. Dus ik deed alles om het te ontkennen.

Mijn moeder voelde zich verdrietig en machteloos. Mijn vader deelde haar gevoel, maar was vooral boos. Boos omdat hij zag dat het niet goed met mij ging en ik niet luisterde. Dat terwijl ze niet eens wisten van mijn eetbuien en hoeveel die voorkwamen. Zo heeft dat echt een aantal jaren geduurd. Ik heb mijn eetbuien altijd verborgen gehouden, de schaamte was enorm. Het viel niet op, want ik at gewoon mijn bord leeg ‘s avonds.

Op een gegeven moment ben ik geslaagd voor mijn vwo-examen. Vervolgens vond ik mijn nieuwe leven heel spannend: voor het eerst op kamers, nieuwe school, nieuwe mensen, gezond eten… Maar ik had geen idee hoe ik dat nieuwe leven moest leiden. Toen ging het helemaal los met de eetbuien. Ik kon ook eten halen wanneer ik maar wilde. En met mijn huisgenoten had ik weinig contact, dus niemand die dat zag. Het ging steeds slechter. Ik ging me steeds meer isoleren. Ik had altijd een masker op, voor iedereen.”

“Ik vond dat het mijn eigen schuld was, dus dat ik er ook zelf vanaf moest komen.”

Stapje voor stapje

“In het eerste jaar van mijn studie zocht ik hulp, voor mijn concentratieproblemen. Maar ik bleef negeren dat het eten het probleem was. Ook vond ik dat het mijn eigen schuld was, dus dat ik er ook maar weer zelf vanaf moest komen. Uiteindelijk heb ik twee jaar lang intensieve psychotherapie gehad. Mijn therapeut zei dat ze me niet kon helpen als ik niet ging praten. Maar als ik dat deed kwamen er allerlei moeilijke gevoelens omhoog en dan liep ik daar de deur uit, terwijl ik de volgende eetbui al weer aan het plannen was.

Toch ben ik elke keer als ik hulp zocht weer wat stapjes vooruit gekomen. Ik voelde steeds meer dat mijn leven niet meer was zoals ik het wilde. Ik liep vast met mijn studie en zag weinig perspectief. Wel begon ik met dansen, dat zette mijn gezonde stuk meer in de spotlight. Dus op een gegeven moment wist ik dat ik nog wel twintig therapieën kon volgen, maar dat als ik dit eetprobleem niet zou aanpakken, ik nooit gelukkig zou worden. Ook heeft het stigma op overgewicht in de maatschappij ervoor gezorgd dat het bij mij veel langer heeft geduurd voordat ik hulp zocht dan dat had gemoeten. Een eetbuistoornis wordt veel minder snel opgemerkt en er wordt vaak gezegd dat je maar gewoon moet gaan afvallen. Maar afvallen en letten op eten, verergert een eetstoornis juist.

Een aantal vrienden wisten er wel een beetje vanaf en een vriend van mij bevestigde dat ik er iets mee moest gaan doen. Ook wilde ik niet fysiek ziek worden. Dus toen heb ik Amarum gebeld en die gaven aan dat ik op intake mocht komen. Ze bevestigden daar inderdaad dat ik een eetbuistoornis had. Daarvoor ben ik in groepstherapie gegaan. Ik vond het vreselijk eng. Ik heb eerst alles geregeld en het toen pas aan mijn ouders verteld. Die schrokken, maar hebben mij altijd gesteund. Op de eerste donderdag dat ik startte stuurde ze mij een sms’je: ‘we denken vandaag aan je, we houden van je.’ Het zijn kleine dingen, maar het hielp mij enorm.”

Opnieuw gaan leven

“Ik heb nog heel lang moeite gehad met het loslaten van de eetbuien. Je kijkt heel erg naar waarom je eigenlijk eet, wat daaraan vooraf gaat. Ik at heel vaak als ik mezelf troost wilde geven bijvoorbeeld. Dus toen ben ik gaan zoeken naar andere dingen dan eten die mij troost geven. Ook merkte ik dat er tijdens de therapie veel veranderde in mijn leven en ik toen pas echt ben begonnen met het opbouwen van vriendschappen. De relatie met mijn ouders is ook flink verbeterd en ik heb mijn studie afgemaakt. Ik merkte verschil; ik had mijn leven weer terug. Ik heb geleerd dat mijn eetstoornis eigenlijk een manier was om het leven - en alle onzekerheden en uitdagingen die daarbij horen - uit de weg te gaan. Nu doe ik dingen die belangrijk voor mij zijn toch, hoe eng ik ze ook vind. Ook al voelde het alsof ik doodging: openheid geven heeft me gered van nog langer leven met een eetstoornis.

Nu werk ik als orthopedagoog binnen de jeugdhulp. Ook heb ik vanaf 2012 een tijd als ervaringsdeskundige bij Ixta Noa gewerkt, dat heeft mij ontzettend geholpen in mijn herstel. Ik beschouw mezelf wel als hersteld van de eetstoornis, maar ik heb zeker nog mijn kwetsbaarheden. Als ik stress heb moet ik er extra goed op letten. Lekker en gezond eten gaat eigenlijk vanzelf als ik dingen doe die belangrijk zijn en me energie geven. Lekker sporten, dansen en met vrienden omgaan. Als ik dat doe vergeet ik soms dat ik een eetprobleem heb gehad.”

Wil jij ook weten hoe je iemand kunt steunen?